Pottenbakkers
In uitgaanscentrum Coriovallum was een grote behoefte aan aardewerk. ‘Dat kon je niet blijven importeren uit wat nu Italië is. Omdat hier goede klei voorhanden was - de zogenaamde Brunssumse klei, die wit blijft tijdens het bakken - vestigden zich in en rond Coriovallum steeds meer pottenbakkers. In het centrum van Heerlen zijn inmiddels al meer dan vijftig pottenbakkersovens opgegraven. Uit onderzoeken naar de scherven die hier zijn gevonden, zijn inmiddels 180 vormtypes van aardewerk uit Coriovallum geïdentificeerd. Dat onderzoek is nog steeds gaande.’
Werd in de turbulente begintijd van de Romeinse bezetting nog van alles richting het noorden aangevoerd over de Via Belgica, gaandeweg kwamen steeds meer producten uit de buurt. Zoals aardewerk, speltgraan en later ook wijn. In onder meer Voerendaal, Bocholtz, Kerkrade en Rimburg zijn sporen en fundamenten gevonden van grote Romeinse boerderijen, zogeheten villae rusticae, de herenboerderijen van toen.
Overigens is het Heerlense badhuis niet altijd zo groot geweest als nu te zien is in het Thermenmuseum. ‘In het begin was er een klein badhuis. Pas aan het begin van de tweede eeuw kwam de grote uitbreiding naar de omvang van nu. Toen ook werd het badhuis een sociale arena. Het was sowieso een ontmoetingsplek bij uitstek, een plek waar je gezien wilde worden, liefst omringd door invloedrijke vrienden. Zo kon je laten zien hoe belangrijk jezelf was.
Elfde van de elfde
De periode van bloei van deze regio komt midden in de derde eeuw abrupt ten einde door invallen van Germaanse stammen, die zichzelf ‘Franken’ noemen. Het Heerlense badhuis wordt nog tot in de vijfde eeuw gebruikt. Het West-Romeinse Rijk vindt uiteindelijk in het jaar 476 zijn einde. Daarna begint de heerschappij van de Frankenkoningen.
Karen Jeneson is nog lang niet klaar met haar onderzoekswerk. Wat zij nog hoopt te ontdekken? ‘Uit de interpretatie van alle materiaal dat hier gevonden is, is nog veel kennis te halen. Er is hier veel gevonden, maar we hebben er nog niet alles uitgehaald. Met nieuwe technieken en nieuwe inzichten gaan we dit de komende jaren doen. In het onbeduidendste scherfje kun je de vingerafdruk van een mens van toen vinden.’
Karen Jeneson is al jaren verliefd op (Romeins) Zuid-Limburg. ‘Ik wil hier nooit meer weg. Bovendien, ik ben geboren op de elfde van de elfde, dus ik moet wel hier blijven.’
Tekst: Wiel Beijer