Direct aan het wandelpad Elba vind men parallel aan de Maas een panoramaplatform. Dit platform is op initiatief gemaakt oor de stichting Beegse Maasvallei met hulp van gemeente Sittard-Geleen, Consortium Grensmaas en Leader Zuid-Limburg. Het platform
biedt een mooi zicht op Booijen, het buurtschap dat vroeger bij Grevenbicht
hoorde. Bovendien is op het platform de Romeinse geschiedenis van de Beegse Maasvallei speels in beeld gebracht.
Het platform is
tussen zonsopgang en zonsondergang te bezoeken via het wandelpad over de Elba.
Dat kan vanaf de fietsveerstoep op de dijk aan de rand van het dorp of vanaf
het einde van de Heuvelsweg: De Dijk oversteken en via het poortje het
wandelpad in het natuurgebied Elba volgen. (Bij de haakse bocht van het pad
voor de Maas ligt het platform, ongeveer 150 meter vanaf de dijk.
Romeinen in de Beegse Maasvallei
In een straal van 8 kilometer vanaf het platform zijn diverse romeinse vondsten gedaan. De stichting probeert dat Romeins verleden tot leven te wekken door een Romeinse soldaat. Die maakt een tocht langs de Maasoever en doet onderweg een tiental plaatsen aan. Op 24 infoborden van 1 meter kunnen we de Romeinse soldaat Fluvius volgen op zijn tocht. Hij haalt voedsel op bij de romeinse villa’s voor de soldaten in Férèsne en hij bezoekt vrienden waarmee hij in Engeland tegen de Picten vocht. Hij vertrekt uit de wachtpost Férèsne, gaat naar de ambachtswijk vicus Op de Komme’, gaat naar Elen en bezoekt de begraafplaats naast het Keizerskamp. Hij steekt twee Maasgeulen over en bezoekt drie Romeinse villa’s in Illikhoven, Obbicht en Born, de herberg met waterput, Ulpius Verinus in Buchten, Jupitertempel en grafheuvel in Grevenbicht.
Ter hoogte van het platform steekt hij de Maasgeulen weer over om terug te gaan naar Férèsne. Hij passeert een Jupiterbeeld dat op een viergodensteen staat en rijdt nog langs een castellum. Beide objecten zijn aan Belgische zijde teruggevonden bij de grindwinning. De Belgische historicus Pieter Craenen heeft het verhaal van Fluvius nog eens op historische feiten gecheckt.
De Maas lag in de Romeinse tijd veel meer naar het westen en waaierde na Meeswijk breed uit. Het verval is vanaf Berg dan ook minder groot. De doorwaadbaarheid werd daardoor gemakkelijker. Dat, in combinatie met de vruchtbare landbouwgrond, heeft er waarschijnlijk toe geleid dat de twee noord-zuid heerbanen van Tongeren (Atuatuca Tungrorum) naar Nijmegen Noviomagus) en van Heerlen (Coriovallum) naar Xanten over Tudderen (Teuderum), in onze Maasvallei door middel van een oost-west weg met elkaar verbonden werden. (In de vorige eeuw zijn bij de aanleg van het rioolstelsel in Grevenbicht de funderingen gevonden van een Romeinse weg van oost naar west).
Bezoek het panoramaplatform tijdens een wandeling of fietstocht, bewonder het uitzicht en lees het spannende verhaal van de romein Fluvius.